Het fiscaalrecht in Nederland is het geheel aan regels over de heffing en de invordering van belastingen. Het belastingrecht is onderdeel van het publiekrecht en wordt daarbinnen soms onder het bestuursrecht gerekend. Belastingen worden altijd uit hoofde van een wet in formele zin geheven. Dat wil zeggen dat het Nederlandse parlement zich over alle belastingen heeft uitgelaten. De uitvoering van de belastingwetten is overgelaten aan De Belastingdienst. De Belastingdienst heeft diverse functies. Niet alleen moeten zij de belastingwetten uitvoeren en dus bijvoorbeeld vaststellen hoe hoog de belastingschuld van een belastingplichtige is, maar zij moet ook de belastingschulden innen. De uitvoering van de belastingwet is overgelaten aan de inspecteur en het innen van de belastingschulden aan de ontvanger.
De heffing van rijksbelastingen wordt geregeld in belastingwetten. Voor vrijwel elke soort belasting is er een aparte wet. De bekendste zijn de Wet op de inkomstenbelasting 2001, de Wet op de loonbelasting 1964, de Wet op de omzetbelasting 1968 en de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Deze wetten worden wel heffingswetten genoemd. Daarnaast zijn er twee overkoepelende wetten, namelijk de Algemene wet bestuursrecht en Algemene wet inzake rijksbelastingen. Daarin staan algemene regels die voor de heffing van (nagenoeg) alle rijksbelastingen gelden. Deze regels gaan onder meer over de verplichting tot het doen van aangifte en tot het beantwoorden van vragen van de belastinginspecteur, de manier waarop en de termijn waarbinnen belastingaanslagen moeten worden opgelegd en hoe en binnen welke termijn een bezwaarschrift kan worden ingediend tegen een belastingaanslag. Naast al deze wetten vormen internationale verdragen, rechtspraak van de belastingrechter en vele beleidsregels van de Staatssecretaris van Financiën belangrijke rechtsbronnen van het belastingrecht.
De verschillende belastingen die we kennen zijn te verdelen in directe en indirecte belastingen. Directe belastingen zijn belastingen die geheven worden op duurzame toestanden gedurende een bepaalde referentieperiode, bijvoorbeeld de loonbelasting en inkomstenbelasting in Nederland. Ook de vennootschapsbelasting is een directe belasting. Het feit dat bij de Nederlandse loonbelasting de belastingplichtige (de werknemer) verschilt van de inhoudingsplichtige (de werkgever) doet niet af aan het directe karakter van de belasting. Bij de andere groep, de indirecte belastingen, wordt een kortstondig feit belast. De bekendste indirecte belasting is de btw, de omzetbelasting (Wet op de omzetbelasting 1968). De omzetbelasting wordt geacht te drukken op de consument; hij betaalt een hogere prijs voor het door hem afgenomen product. De consument is degene die in de praktijk de belasting betaalt in verband met afwenteling. Het is echter de winkelier, de inhoudingsplichtige, en formeel de belastingplichtige, die de belasting vervolgens afdraagt aan de fiscus. Andere voorbeelden van indirecte belastingen zijn accijnzen en douaneheffingen.
De invordering van belastingen is geregeld in de invorderingswet. In deze wet zijn onder meer geregeld de betalingstermijnen die gelden voor de verschillende belastingaanslagen en de dwangmiddelen die de ontvanger der belastingen kan toepassen. Zo kan de ontvanger beslag laten leggen op het salaris of de bezittingen van een belastingschuldige en kan hij derden aansprakelijk stellen voor een belastingschuld. Bekende voorbeelden van een dergelijke aansprakelijkheid zijn de ketenaansprakelijkheid in de bouwwereld en de bestuurdersaansprakelijkheid voor directeuren van vennootschappen.
Het Wetsbureau weet de weg in de regels van het fiscaalrecht en staat u bij, adviseert en begeleidt u bij alle problemen betreffende het fiscaalrecht. Of het nu gaat om:
- de keuze voor de meest optimale fiscale constructie;
- onterechte aanvullende aanslagen;
- incorrecte vaststellingen van aanslagen;
- het begeleiden van ondernemers en particulieren bij door de FIOD ingestelde onderzoeken naar o.a. belastingfraude;
- het voeren van bezwaar- en beroepsprocedures (De Belastingdienst, Gerechtshof en Hoge Raad);
- het treffen van betalingsregelingen teneinde een reële betalingsregeling te treffen;
- enz.
Samen naar een oplossing
Dientengevolge kunnen op het gebied van fiscaalrecht tussen partijen tal van problemen en/of verschillende denkwijzen ontstaan. Samen met u zoeken wij naar de beste oplossing. Op alle vlakken kunnen wij u -door middel van rechtskennis en jarenlange ervaring- optimaal en deskundig van dienst zijn. Waar nodig staan we u bij in de procedures, maar lang niet alle zaken dienen bij de rechtbank ‘voor te komen’. Voorkomen is beter dan genezen, ook hierin.
Het Wetsbureau biedt u dan ook de mogelijkheid om tegen lage en betaalbare tarieven te profiteren van volledig optimale juridische ondersteuning. Wij bieden onze cliënten specialisten op het gebied van fiscaalrecht, welke u professioneel terzijde staan bij al uw vraagstukken. Onze belastingrechtspecialisten leggen u in begrijpelijke taal uit wat uw rechten én wat uw plichten zijn, wat u te wachten staat en welke stappen u het beste kunt nemen in uw kwestie/positie. Uw belang staat te allen tijde voorop!
Als u een vraag hebt over fiscaalrecht, aarzel dan niet om ons te bellen of om ons probleemformulier in te vullen. Telefonisch kunnen we u al heel wat uitleggen of u kunt eerst kosteloos via ons probleemformulier laten beoordelen in hoeverre wij u verder kunnen helpen. Het Wetsbureau geeft helder en concreet advies. Geen lange en onbegrijpelijke juridische verhalen over fiscaalrecht waar u niks mee kunt.